New famous wazungu (blanken) in town!

2 februari 2020 - Sumve, Tanzania

Zoals ik al eerder heb gezegd, de tijd vliegt hier voorbij! Na dit weekend nog 1 week in het ziekenhuis en een feest geven, dan een paar dagen naar Rwanda voor ons visum, en dan nog 1 week in het ziekenhuis en onze laatste week in Sumve. Vervolgens gaan we drie dagen op flying medical service in Arusha en reizen!!! Super veel zin in, maar eigenlijk toch niet, want we willen nog lang niet weg uit Sumve, ondanks dat we het medisch inhoudelijk niet meer zo interessant vinden. 
En er zijn nieuwe blanken in town! Dirk en Tineke zijn enorm bekend hier, daarover kun je meer hieronder lezen. Samenvattend hebben ze enorm veel in Sumve betekend, waaronder gezorgd voor elektriciteit en 50 waterpompen in de omgeving zodat men niet twee uur meer hoeft te lopen voor water. Neem daarom zeker een kijkje op http://www.saidiahelptsumve.nl

Donderdag was eigenlijk een redelijk normale dag in het ziekenhuis. Aan het einde van de dag ging Dieuwertje vast naar huis om wat dingen voor ons visum proberen te regelen en ik liep nog even naar de vrouwenafdeling. Er bleek een vrouw te zijn opgenomen met enorm veel vocht in haar buik. Het leek wel alsof ze een skippybal onder haar kleding had. Ze bleek hepatitis B te hebben. David had van zijn vrouw Olivia, die de echo's maakt, gehoord van de patiënte en kwam even langs om te kijken. Samen hebben we een plannetje gemaakt en dr. Abdallah gebeld. Dit was wel fijn want ik had het nog nooit zo extreem gezien en wist ook niet of we hier kunnen aspireren (vocht afnemen). Donderdagavond probeerden we zelf falafel met guacamole te maken. Dit als proef voor volgende week wanneer de artsen komen eten. Het was niet slecht vonden we zelf! Hierna hebben we lekker een serie gekeken in bed.

Vanwege de onduidelijkheid rondom het verlengen/opnieuw aanvragen van ons visum, besloten we alsnog op vrijdag naar Mwanza te gaan. Maar niet voordat we lekker hadden hardgelopen uiteraard. Vervolgens namen we de dalladalla naar Kisesa en Mwanza en kwamen in de regenachtige stad aan. Overigens heb ik onderweg weer meerdere keren de neiging moeten onderdrukken om een kindje mee naar Nederland te nemen. Op mijn schoot werd namelijk weer een prachtig schattig jongetje gezet die vol verwondering uit het raam en naar mij keek. In het hostel werd ons helaas sterk afgeraden om zelfstandig naar de immigration office te gaan. Dit omdat ze af en toe mensen achtervolgen wier visum bijna afloopt om ze te kunnen pakken en geld te laten betalen. We waren dus een beetje voor niks naar Mwanza gekomen maar wilden er wel een leuk weekend van maken. De komende twee weekenden blijven we namelijk eindelijk weer in Sumve. Hoe anders te genieten dan pizza, kip, friet en een lekker biertje. Er werd nog even met wat Tanzanianen gekletst, maar het werden niet zoveel biertjes want we waren best moe. De taxichauffeur Sylvester, hij bracht ons terug naar het hostel, was een held, hij vond onze taal enorm grappig. We hebben zijn nummer gevraagd, wellicht dat hij ons een keer naar Sumve zal brengen.

Zaterdagochtend sliepen we uit en gingen naar de fitness, welke wederom verlaten was. We aten weer kip bij het hotel en gingen erna boodschappen doen. Dat moest flink want over twee weken willen we een feestje geven en drank in Mwanza is veel goedkoper. 's Avonds hadden we met een groepje Tanzanianen afgesproken bij hun eigen bar die uitkeek over het Victoriameer. We hebben weer lekker gedanst. Wat kunnen die Tanzanianen dat goed zeg! En wat is iedereen vriendelijk en hyper! De avond eindigde met klimmen over de hostel muur omdat de bewaker in slaap was gevallen.

Zondag sliepen we uit en namen enigszins vermoeid en beurs de taxi van Sylvester terug naar Sumve. Hier maakten we een lekkere pastamaaltijd en keken we een serie in bed. Mijn gordijn was ook naar beneden gevallen dus die heb ik weer aan elkaar geflanst met paperclips.

Maandag was dr. Geofrey er nog niet dus we deden de kinderafdeling, mannenafdeling en vrouwenafdeling. Op de kinderafdeling was er een soort plaag met kinderen die te veel nootjes hadden gegeten en 'vergiftigd' waren. Dr. Abdallah vertelde ons dat dit het seizoen hiervoor is en dat de kinderen nu veel uit de bomen en planten kunnen plukken. Het was voor onze termen best druk, helemaal omdat we op wilden splitsen en ik de vrouwenafdeling zou doen maar iedereen daar toen thee aan het drinken was en we dus uiteindelijk toch de mannen- en vrouwenafdeling samen deden. We merken ook wel dat het erg per verpleegkundige wisselt hoe soepel de rondes gaan, de één heeft er meer zin in dan de ander. De meesten zijn wel super lief en iedereen heet ons altijd overal welkom. We hebben ook steeds leuke gesprekken met de verpleegkundige DDH (hij heeft deze bijnaam omdat hij al zo lang bij het Sumve DDH (designated district hospital) ziekenhuis werkt). We wisten al wel dat mannen hier allerlei affaires hebben naast hun normale vrouw en kinderen. Iedereen weet dat het gebeurt, de meesten doen het, maar niemand heeft het er echt over. Dat dat in Nederland niet zo werkt en wij dat oneerlijk vonden voor de vrouwen, kon hij niet geloven haha. Dr. Edwin vertelde ons ook over de taboes rondom beschermde seks, HIV en AIDS. Je merkt dat ook wel als je langs patiënten met HIV/AIDS komt, de verpleegkundige en patiënt praten er bijna niet over.

's Middags werkten we aan ons verslag en onderzoeksvoorstel. Er stonden ook weer kinderen voor de deur. Deze keer waren ze best brutaal en vroegen om van alles. We hebben helaas geen ballonnen meer en de pennen willen we nog even sparen, dus we geven nu elke keer stickers. Eerst wilden ze al het hele stickervel pakken in plaats van één sticker aan te wijzen die ze wilden. Daarna bleven ze vragen om eten en pennen. Even waren we in dubio, maar als we nu toegeven gaan ze hun vrienden vertellen dat ze bijvoorbeeld een koekje of pen hebben gekregen. Toen ze de veranda op kwamen stond ik op en riep 'nenda!' (ga weg). Ik heb nog nooit kindjes zo bang gemaakt denk ik. Ze struikelden over elkaar en wisten niet hoe snel ze weg moesten komen. Het was echt enorm grappig hoe bang ze waren van één simpel woord en mijn opstaan. Ik wil niet de blanke bitch zijn haha, maar je wordt hier wel hard want je wil niet aan de één een koekje geven en dan weigeren als ze hun vrienden gaan halen. 's Avonds gingen we weer intervallen en aten heerlijke groente en matoke (banaan die naar aardappel smaakt) die mama Fausta had klaargemaakt.

Dinsdag zouden we eindelijk de labour en maternity afdeling doen met dr. Abdallah maar hij was niet bij de overdracht. Dr. Geofrey had geen tijd voor de kinderafdeling dus we begonnen daar maar direct na de overdracht. Dieuwertje was eigenlijk best ziek dus die ging erna naar huis. Dr. Abdallah stond vast bij een keizersnede en had de vrouwenafdeling al gedaan. Ik deed vast de mannenafdeling want daar was nog niemand geweest. Vervolgens lunch in 10 minuten (dit was toch best een drukke dag) en erna naar de labour en maternity. Daar was een vrouw aan het bevallen maar dat paste niet, dus hup we gingen naar de operatiekamer voor een keizersnede. Dr. Abdallah deed het weer net iets anders dan dr. Geofrey wat wel leuk was om te zien. Hij kan ook echt heel goed hechten, persoonlijk zou ik wel willen dat hij mijn wond zou hechten mocht het nodig zijn. Ook mocht ik het kindje 'opvangen' en afdrogen. Mijn rammelende eierstokken klonken hartstochtelijk. Na de keizersnede, het was inmiddels drie uur, moest dr. Abdallah echt even lunchen. Hij zou zelf de maternity ward doen en me bellen als er iets interessants was. Ik moest zelf namelijk nog even terug voor wat uitslagen op de mannen- en kinderafdeling. Hierna hebben we een beetje aan ons verslag en onderzoeksvoorstel gewerkt. Voor zover we niet werden gestoord door het 'Hodi' van de kinderen die altijd langs komen. Na het avondeten kwamen mama Fausta en mama Helena langs voor wat thee. Mama Helena vroeg ook wat geld omdat ze klachten had en naar het ziekenhuis in Mwanza wilde. We zijn niet te beroerd om iets te geven maar de klachten klonken niet ernstig en we konden wel beredeneren wat ze had. Ze was dus gerustgesteld. We blijven het wel lastig vinden wat we nu moeten geloven. Kwabi de tuinman heeft ook weleens geld nodig voor dingen waarvan wij ons afvragen of dat echt nodig is of klopt. Maaaaar we kunnen altijd super veel met Fausta en Helena lachen en het zijn echt twee vrolijke toppers dus een beetje bijspringen doen we soms wel. Ook als ik mama Fausta 's ochtends aan hoor komen lopen hou ik elke keer een beetje meer van haar haha. Ze zingt uit volle borst een liedje mee terwijl ze arriveert, ploft gezellig bij ons op het bankje neer en gaat rustig haar ding doen. Als wij staan te dansen in de woonkamer kijkt ze lachend toe of doet ze mee. En als we een bal hebben gaat ze mee overgooien in de woonkamer (er is al een glas gesneuveld).

Woensdag overdracht, hardlopen in de regen en naar de traditional healer. Het regende enorm hard dus we moesten wachten want de jeep kon echt niet rijden in deze regen, aldus Hilda, de dame van de ziekenhuisopslag die het regelde. Wij snapten niet waarom de grote auto niet kon rijden. Twee uur en twee koppen thee thuis later hadden we Hilda zover om de chauffeur te bellen, en kwam hij redelijk snel. We bleken naar Ishingisha te gaan, dat is nog geen twee kilometer hiervandaan dus hadden we makkelijk kunnen lopen. Hilda is alleen wat ouder en niet zo goed ter been dus ook wel begrijpelijk. We kwamen Kwabi tegen onderweg, hij woont namelijk in Ishingisha. We moesten het laatste stukje lopen langs het spoor (geen zorgen de trein rijdt maar één keer per dag) want het veld was overstroomd. Daarachter stonden een twintigtal lemen, ronde huisjes. Dit was het 'ziekenhuis' van de vrouwelijke traditional healer. We werden hartelijk welkom geheten en alle zeven patiënten die er waren moesten in een kring om ons heen zitten. Nadat ze had uitgelegd waar ze allemaal last van hadden stuurde ze ze weg. Ze vertelde wat ze allemaal behandelde; buikpijn, hoofdpijn gewrichtspijnen, wonden, zwellingen en abcessen, huidafwijkingen, maar ook psychoses. Ze liet verschillende stofjes zien voor verschillende kwalen, maar wat er precies in zat vertelde ze niet. Psychose behandelde ze bijvoorbeeld met een drankje dat je veel liet slapen. Ze had huisjes voor de enkele patiënten die opgenomen moesten worden. Daar leven ze dan enkele dagen met de andere patiënten en doen alles samen, maken samen eten, hoeden de geiten, beheren het land eromheen etc. Patiënten met een bloedarmoede verwees ze door voor een bloedtransfusie, zieke patiënten of patiënten die niet beter werden verwees ze na één of twee weken door. Tenminste, dat zei ze, ze liet niet zien hoe ze precies te werk ging en zeker weten of je ze verwijst doe je natuurlijk niet. Ze vertelde dat ze niet zelf sneed in patiënten. Wij hebben in het ziekenhuis patiënten gezien waarbij dat wel is gebeurd. Ik kan me wel voorstellen dat bijvoorbeeld patiënten met psychische klachten opknappen van het vredige leven met de andere patiënten. Ze vertelde ook dat ze hen veel thee en fruit te eten geeft, dus ook daarvan kan ik me voorstellen dat het helpt. Het was erg interessant om eens langs te gaan bij een traditional healer. Zeker omdat we zelf echt heel veel patiënten zien die daar eerst langs gaan. Hierdoor is er vaak vertraging voor ze in het ziekenhuis komen, en vaak hebben de 'medicijnen en behandelingen' eerder slechts dan goeds gedaan. Traditional healers zijn wel beter bereikbaar voor de mensen hier. Er zijn er veel meer dan dokters, ze zijn ook te vinden in verre, afgelegen dorpen en ze hebben bij sommige groepen mensen een hoge status, soms hoger dan dokters hebben. Daarnaast zijn veel mensen ook ongeschoold over het menselijk lichaam waardoor de traditional healer voor hen gewoon een goede eerste optie is voor al hun klachten. Ik durfde niet te vragen hoeveel mensen betalen voor een traditional healer, maar ik schat in dat het ook iets goedkoper is dan naar het ziekenhuis gaan. Er was ook een patiënt die wij (blijkbaar) hadden verwezen naar het ziekenhuis in Mwanza. Hij was in plaats daarvan naar de traditional healer gegaan, en het ging nu blijkbaar beter met zijn buikpijn. Na het bezoek kregen we ook nog maïs van het land mee. Daarna reden we terug. We studeerden wat en kochten internet voor onze mobiel, met behulp van David.

Donderdag was een redelijk standaard dag. Verpleegkundige DDH dacht, net als bijna iedereen hier, dat ik al oud was, ongeveer 50 jaar ofzo. Dat denkt men omdat mijn haar ‘grijs’ is. Ik blijf met alle macht proberen uit te leggen dat dat niet het geval is. Bij de visite keek dr. Geofrey een beetje mee. We hadden net een patiënt gesproken waarbij we dachten aan een herseninfarct, hij kon sinds enkele uren niet meer goed praten en had een hoge bloeddruk. Dr. Geofrey vond het waarschijnlijker dat de patiënt buiktyfus had, nou we hebben toch wel een beter gesprek gehad met de patiënt dan hij in het Kiswahili deed, want hij had nog niet door dat de patiënt niet goed kon praten. Soms stopt hij erg weinig tijd in de anamnese van patiënten, dus we proberen altijd wel uit te leggen wat we zelf hebben gevraagd.

Vrijdag was heel leuk! We deden samen de kinderafdeling, ik deed daarna de mannenafdeling en Dieuw de vrouwenafdeling. Er waren geen student nurses, op één na die me wat hielp met vertalen. Als het er minder zijn is het ook veel fijner om veel uit te leggen. Dus ondanks de weinige patiënten kon ik alle patiënten wel uitgebreid zien en veel uitleggen aan deze student nurse. Zo’n één keer per week was ik na de lunch mijn ondergoed onder de watertank buiten, want ja dat hoort er bij hier. Ook bedacht ik samen met mama Fausta wat we allemaal nodig hadden voor ons feest volgende week vrijdag. Rijst, rijst, rijst (15kg om precies te zijn), een geit om te slachten, bananen voor de matoke, en natuurlijk veel bier. Daarna liepen we weer naar het ziekenhuis en gingen vervolgens even op bezoek bij Dirk en Tineke twee huizen verderop. Dirk en Tineke zijn sinds gisteren in Sumve voor drie weken. Het zijn twee Nederlanders die hier sinds 1997 elk jaar komen en van 2007 tot 2017 hebben gewoond in het huis waar wij nu in wonen. Ze zijn heel erg bekend in Sumve, iedereen kent ze. Ze hebben enorm veel voor het ziekenhuis en de omgeving betekend. Zo hebben ze de eerste elektriciteit aangelegd en geld voor noodgenerators ingezameld. Wij kunnen ons niet voorstellen hoe het toen hier was, nu is het echt relatief super luxe. Zo ontbrak het ook aan telefoonmasten, stromend water, etc. Ze hebben ook geld opgehaald en ervoor gezorgd dat bijna 50 waterpompen (elk in één dorp) in de omgeving zijn gemaakt. Voorheen moesten mensen soms twee uur lopen voor schoon water. Bij toeval kwamen Dirk en Tineke in Sumve terecht via een kennis, voor ze aan hun avontuur begonnen waren ze nog nooit in Afrika geweest. Ze hebben op een gegeven moment hun banen opgezegd om hier te komen werken en helpen. Tien jaar hier wonen betekent ook enorm veel leuke verhalen en anekdotes, ze kunnen er uren over vertellen, ik kan er uren naar luisteren en er veel over opschrijven, maar dat wordt te veel. Het is wel heel grappig om het over bepaalde mensen hier te hebben die zij goed kennen. Dan merk je toch dat dezelfde dingen je opvallen, dat dingen waar we aan twijfelden, of dingen die we heel leuk vinden aan bepaalde personen toch redelijk kloppen met wat zij ervan vinden. Dirk en Tineke zijn nu weer hier om te kijken hoe alles loopt, om te inventariseren wat er nog meer nodig is en nieuwe waterpompen te openen. Wij gaan waarschijnlijk ook een keer meer de komende weken.

Nadat we hadden kennis gemaakt met deze twee wazungu (blanken) en thee hadden gedronken gingen we naar huis om te koken. We hadden de dokters en semi-artsen Abdallah, Edwin, Elisha en David uitgenodigd. Dr. Geofrey was verhinderd. Ze vonden de falafel en guacamole erg lekker op chapati! We hadden ook een interessant gesprek over relaties en het huwelijk in Tanzania. Hier is het als man normaal om meerdere vrouwen te hebben. Als vrouw mag je één echtgenoot hebben, de rest is strafbaar. Abdallah vond het logisch, hij heeft zelf twee vrouwen, een man kan dat nu eenmaal beter 'managen' en zijn gevoel beter in bedwang houden dan een vrouw. Een vrouw zal vanwege haar emoties daarom ook veel sneller worden gepakt als ze vreemd zou gaan. Dat we het hier niet helemaal mee eens waren lieten we maar voor lief, we probeerden uit te leggen dat het in Nederland gewoon heel anders gaat. Dr. Abdallah heeft ook altijd interessante verhalen over bepaalde patiënten. Zo ging het gesprek ook even over HIV en traditional healers. Hij had een keer een traditional healer die zeven vrouwen had, dat geeft namelijk veel status. Eén van hen werd gediagnosticeerd met HIV, en jahoor, alle vrouwen (waaronder een meisje van zeventien jaar) en de traditional healer bleken ook besmet te zijn met HIV. De traditional healer had ook met patiënten seks gehad, dus daar waren er ook van besmet natuurlijk. Op zich is HIV niet super besmettelijk, er is ongeveer 0,5% kans op besmetting bij onveilige seks, afhankelijk van of iemand behandeld wordt. Het grootste probleem hier is echter dat mensen zoveel sekspartners hebben, officieel of onofficieel, en als relatief veel mensen het hebben de kans op HIV ook groter is wanneer je seks hebt. Blijft fascinerend hierover na te denken, preventie lijkt toch echt de sleutel te zijn om dit op te lossen. Nadat we hadden gegeten, de falafel, guacemole, rijst en chapati’s werden erg gewaardeerd, vertrokken de artsen redelijk snel want David en Abdallah hadden ook avonddienst. Hierna hebben we een serie gekeken terwijl het onweerde.

Zaterdagochtend regende het enorm hard. Kwabi wilde daarom niet mee hardlopen, zoals eigenlijk alles hier stopt wanneer het regent. Wij gingen lekker zelf, Dieuw natuurlijk weer heel ver, ik iets minder ver. Af en toe oppassen dat we niet uitgleden in de modder, maar verder was het best lekker zo in de regen! Bovendien was er niemand op straat, dus niemand die je naroept en ook even niemand waartegen je hoi hoeft te zeggen. Het gaat ook steeds lekkerder en ik krijg steeds meer vertrouwen in de halve marathon. Hierna kochten we wat water in het dorp en studeerden we eigenlijk de hele middag (voor zover de stroom het deed, want ook die doet het eigenlijk nooit als het regent). Tineke en Dirk kwamen nog langs, het blijft toch hun oude huis. Ook nu hingen we aan hun lippen vanwege alle verhalen die ze vertelden. Ze herkenden ook nog de vele coassistenten waarvan de foto’s hier aan de muur hangen. Echt leuk dat ze hier zijn! Bovendien ook inspirerend wat ze allemaal hier hebben gedaan. Dirk verwoordde dat wel mooi. Toen ze aan mensen in Nederland vertelden dat ze hierheen zouden verhuizen en mensen zeiden van: ‘’Maar jullie hebben hier een goede baan.’’ Reageerde hij: ‘’Is dat dan alles, een goede baan?’’ Toen ze vertrokken gingen wij weer lekker falafel van gisteren eten en een filmpje kijken.

3 Reacties

  1. Marian:
    3 februari 2020
    Ja oudje met je grijze haar haha, je mail kwam dit keer in spam bij pap ook. De website openen v Dirk entineke lukt niet hier, foute in naam?
  2. Ellen:
    3 februari 2020
    Ja rammelende eierstokken en grijs haar .
    Dat moet je nog Maar een keer uitleggen ha ha
  3. Geert Hegge:
    4 februari 2020
    Feestje organiseren met geit als hoofdgerecht.
    Hele andere wereld Britt.
    veel plezier.