Kilimanjaro & tutaonana african beauty

9 maart 2020 - Moshi, Tanzania

Zojuist afscheid genomen van Dieuwertje, mijn maatje, my African beauty in Sumve en in de rest van Tanzania. Gek dat je elkaar eerst niet kent en dan ineens drie maanden lang 24/7 op elkaars lip zit en het nog goed gaat ook. Alhoewel afgelopen week wel vast een ‘relatietest’ was qua apart zijn, aangezien ik op een bergje zat en Dieuwertje op safari was. Dus voor alle Dieuwertje ‘handige meid’ Poort volgers: sorry, het grootste gedeelte van dit verhaal komt ze niet in voor... (alhoewel haar verhalen wel erg interessant zijn, dus vraag het na! Als je haar kunt bereiken :P)…
Aanstaande woensdag komen mama en baba voor het laatste deel van het avontuur in Tanzania, tenminste als onze Coronavriend zich koest houdt.

Vrijdag trok ik wat baantjes in het zwembad, zwemmen is echt al bijna drie maanden geleden, terwijl Dieuwertje haar reisplannen uitstippelde. Daarna werden we door de hoteleigenaar naar het busstation gebracht waar we meteen een bus naar Moshi te pakken hadden. Het duurde even voor we op weg waren en ondanks dat Moshi maar 80km verderop ligt, deden we er toch zo'n tweeënhalf uur over. Zo stapten er op het begin, wat we wel hadden verwacht, om de haverklap mensen in de bus. Zo moesten onze backpacks op het dak omdat de bus vol zat met in het gangpad stoeltjes waar twee personen per stoel op zaten. Zo stonden we (de buschauffeur) een kwartier stil mee te schreeuwen bij één of andere ruzie met Masaibevolking die een bus aan de overkant van de weg werden geduwd. Al met al een hete maar typische (en dus wel leuke) rit, en niets vergeleken met onze reis naar Rwanda. Het grappige en ook wel bewonderenswaardige blijft dat niemand anders in de bus raar of geërgerd kijkt bij dit soort dingen, men is gewend dat een reis hobbels kent, dat hoort erbij. Vanaf het busstation in Moshi namen we een taxi naar ons hostel, maar niet voordat een politieagent me verzekerde dat zelfs politiemensen van toeristen houden. Zo hebben we op en normale dag tientallen van zulk soort gesprekjes met Tanzanianen, vaak leuk en grappig, soms wat vermoeiend. Vanuit het hostel liepen we naar een koffietent voor een late lunch en reden we met de pikipiki naar het hotel waar Dieuwertje haar racnummer voor de halve marathon ophaalde. Vanwege mijn geplande Kilimanjaro beklimming de dag erna heb ik besloten niet mee te doen met de halve marathon op zondag. Hierna spraken we met Gaia en Tom af bij en Indisch-Italiaans restaurantje. Hidde kwam wat later vanuit Mwanza na een zestien uur durende busrit. We hebben allemaal ons coschap hier afgerond dus konden weer even bijkletsen over onze ervaringen onder het genot van een pizza die natuurlijk even op zich liet wachten.

Zaterdag schrikkeldag namen Dieuwertje, Hidde en ik een tuktuk naar een gym waar we wat lichte oefeningen deden. Zij voor de halve marathon die morgen de hele stad plat legt, ik voor de Kilimanjaro. Vervolgens nam ik een pikipiki naar mijn tourbureau om het één en ander te regelen. Helaas moest de betaling deels met creditcard en ging dat niet helemaal soepel, reed ik nog een keer heen en weer naar het hostel, maar ook dat mocht niet baten, morgen weer en dag. Het was ondertussen drie uur en ik had wel trek na het sporten. Ik ontmoette de rest weer bij en cafeetje n lunchte een salade. Dieuwertje ging ondertussen naar de tandarts zonder een bevredigende diagnose te krijgen en wij kochten Tanzaniaanse voetbalshirts. Daarna kocht ik nog wat spullen voor op de Kilimanjaro en vervolgens namen e met zijn vijven de taxi naar een modern restaurant. Ook hier moesten we enorm lang wachten en ging de bestelling niet even soepel, maar goed dat is niet het belangrijkste. Vervolgens gingen we redelijk vroeg slapen want met een halve marathon rennen en kijken, om zeven uur 's ochtends, de volgende dag, een beklimming voor mij en een safari voor de rest staat er toch best wat op het programma. Bovendien is het best vermoeiend met dertig graden in een stad rond te lopen die druk is vanwege de marathon en waarbij je veel wordt aangesproken, zowel voor een normaal gesprek als voor commerciële doeleinden haha.

Op 1 maart ging de wekker voor Dieuwertje en Hidde om vijf uur. Die van mij om kwart voor zeven. Na het ontbijt reed ik met Tom en Gaia naar het stadion (meer en grote tribune voor en veld). Hier was de start geweest en zouden de lopers ook snel finishen. Echt vet om te zien hoe iedereen losging bij de eerste mannelijke en vrouwelijke lopers. Het was helder eer vandaag waardoor de Kilimanjaro voor een erg mooie achtergrond zorgde. Hidde en Dieuwertje hadden beiden een prachtige tijd in deze ongelooflijke hitte en kwamen in de top drie van snelste blanken (die top drie hadden wij even gemaakt). Dat was de pers en het publiek niet onopgemerkt gebleven, Dieuwertje had en groot deel van de race en motor bij zich. Toen ze wat waren uitgeput gingen we met de tuktuk terug naar het hostel om een Zanzibar pizza te lunchen. Vervolgens werd ik opgehaald door en taxi die me naar het tourbedrijfje bracht. Hier completeerde ik de gedeeltelijke betaling. Ook maakte ik kennis met het stel waarmee ik de Kilimanjaro ga beklimmen. Een Zwitser Ben en een Japanse vrouw Kuni, die ik heel toevallig eerder kort in het Kiota hostel in Mwanza had ontmoet. Ze zijn twee jaar op wereldreis en nu zeven maanden onderweg. Vervolgens naar mijn nieuwe hotel, bij de prijs inbegrepen, om al mijn zware tassen te dumpen. Daarna terug om met ons drieën en de gids spullen te gaan passen en huren. Aangezien het makkelijk -20 graden Celsius kan worden pasten we winterjassen, skibroeken, regenjassen en -broeken en kregen we een dikke slaapzak. Hierna ging ik terug naar mijn hotel om mijn tas voor de beklimming in te pakken. Toen dat eenmaal gelukt was liep ik naar de hoofdweg en nam een pikipiki naar het hostel waar de rest zat en waar Bahram en Behruz ook waren gearriveerd na hun vlucht. Onderweg sprak een aardige jongen me aan, hij bleek een gids te zijn en vond mijn tourbedrijf een aanrader #yes. We namen wederom een taxi naar een tent waar het grote post-marathon feest zou losbarsten. Dat was ook wel, het zag eruit of iedereen de hele dag had zitten drinken. De muziek stond op Tanzaniaans niveau (ruim 160 decibel). We liepen naar een andere club waar het geluidsniveau iets draaglijker was. Hier dronken en aten we wat. Bovenal lachten we om alle bizarre mensen en hun dansmoves, Kees de Hondt was er niks bij. De intense hitte was gelukkig over en het ging stortregenen. We besloten terug te gaan. Best lastig zonder straatverlichting in de stromende regen, maar het lukte. Ik had zin in een lekkere douche voordat ik een week niet kon douchen, maar het water kwam niet dus ik had de hoop op morgenochtend gelegd.

KILIMANJARO

Ja dit gedeelte van het verhaal is deels op de berg, deels erna geschreven. Wat een week, wat een mensen, wat een berg, wat een kou, wat doet hoogte met je lichaam, wat raak je eigenlijk snel gewend aan primitievere omstandigheden, wauw, of eigenlijk zoals de gidsen zongen; hakuna matata (geen problemen).

Maandag 2 maart, dag 1 poging beklimming Kilimanjaro.
Onweer, regen, regen en nog eens regen. In maart begint het regenseizoen en daar hield de natuur zich mooi aan. Dit voorspelde wat. Ik werd, na ontbijt met friet..., om kwart voor negen opgehaald door Pius, de toureigenaar. Bij het tourbedrijf was iedereen al druk in de weer met alle bagage. Denk hierbij aan tenten, matrassen, water, eten voor zes dagen, en uiteindelijk onze tassen waarin dikke slaapzakken, winterjassen en -broeken, en toiletspullen (voor zover je die kunt gebruiken) zaten. Ik maakte kennis met Sam, een in Londen wonende Fransman, die ook met de groep van totaal 4 klimmers zou meegaan. Het busje vertrok en via een supermarktstop onderweg kwamen we na en uurtje aan bij Machame gate, het startpunt van onze gekozen route. In totaal was er een team van veertien man mee, twee gidsen, één kok en elf dragers. Het voelt wel gek om die dragers te hebben maar zonder zou het voor veel mensen onmogelijk worden. Bovendien verschaf je wel werk, wordt alles wat ze dragen bij de gate gewogen en krijgen ze volgens de richtlijnen betaald. Bij de gate moesten we wachten op papierwerk en kregen we alvast onze koude lunch, hamburger, friet, cakeje, banaan en appel. Rond half twee begonnen we en was het ook gestopt met regenen. Het zou vandaag een totale stijging worden van 1000 meter over een route van tien km in maximaal vijf uur. Het was een mooie, jungleachtige, soms zweterige en steile wandeling die ons via tropisch regenwoud naar pijnbomen voerde. Na ruim drieënhalf uur kwamen we bij het Machame kamp aan en moesten we ons registreren in een boek. Dit moeten we elke dag bij het nieuwe kamp doen. Gelukkig is iedereen in onze groep fit en hadden we redelijk hetzelfde tempo, wat echt fijn is. Sam filmt ook veel met zijn professionele camera en wil uiteindelijk een filmpje monteren van de gehele beklimming. Een deel van de dragers was er al en had de tenten opgezet. Een deel moest nog arriveren met onze tassen en matrassen. Ze druppelden binnen en uiteindelijk kreeg ik een matras. Overal in het kamp werden door de groepen Tanzaniaanse liedjes gezongen, erg leuk om te horen. Echter, mijn tas met warme kleding, welke nu wel nodig begon te worden op 3000 meter, was er nog niet. Na anderhalf uur waren alle dragers er, maar zonder mijn tas. Er werd gebeld en een meeting gehouden. Mijn tas waren ze vergeten mee te nemen omdat het bij de gate zo druk was geweest. Met alle geluk hadden de rangers hem gevonden en veilig opgeborgen. Alleen het was bijna zeven uur, de zon was al onder en het werd snel kouder. De tas kon niet naar boven gebracht worden, dus vier dragers gingen naar beneden om hem te halen, want zonder kon ik de nachten niet doorkomen. Ze zouden met wat geluk rond tien uur terug moeten zijn. Ik kreeg de dikke jas van de gids Salum en we kletsten wat met de groep, wachtend op het eten. De sterrenhemel op de berg is ook prachtig met dit heldere weer. We kregen thee met koekjes en popcorn om de trek te stillen. Voor het eten wordt op elk kamp de dinertent met een tafel en vier stoelen opgezet. Toch best luxe. Daarna courgettesoep, groentepasta met vis en avocado. Heerlijk! Onze kok zou met een goede keuken zeker verder komen. Vervolgens werd de volgende dag doorgesproken en ging iedereen in bed liggen. Van Sam kreeg ik gelukkig een muts en zijn jas voor mijn benen, want het was ondertussen al aan het vriezen. Vervolgens wachtte ik in mijn tent tot mijn tas met slaapzak en tandenborstel zou arriveren. Ik viel even in slaap en om half twaalf werd ik gewekt dat ze er waren! Ondanks dit was het toch een hele leuke dag! Ik ben erg blij met de groep sportieve en slimme mensen. Ook de gidsen, kok en dragers zijn allemaal super vrolijke eindbazen die alles voor je willen regelen.

Dinsdag 3 maart, dag 2 poging beklimming Kilimanjaro
Om zes uur werden we gewekt om onze spullen in te pakken en werd zoals gisteravond een teiltje warm water neergezet om ons te kunnen wassen. Daarna ontbeten we met pap, ei, worstjes, chapati, een boterham en kleine stukken fruit. Onze tenten en grote tassen werden door de dragers meegenomen dus om acht uur vertrokken we. Het was een steile maar relatief korte klim. We zouden in vier uur van 3000 meter naar 3750 meter gaan op Shira camp. Vanaf vandaag zouden de gidsen het tempo bepalen. Dus één voorop, dan wij vieren achter elkaar en dan de tweede gids. Doordat je soms goed moest kijken waar je je voeten plaatste ging de tijd snel. Wanneer we af en toe achterom keken of kort pauzeerden hadden we prachtig uitzicht over de lage loofbomen waar de mist over neerstreek. Na vier uur kwamen we als eerste groep bij Shira camp aan. Tot nu toe vind ik de paden wel fijn en niet zo zwaar. Ook het aantal andere klimmers vind ik meevallen, alle dragers zijn erg gezellig en de klimmers die je tegenkomt vriendelijk. De zon scheen fel maar vanwege de grote open vlakte waaide het hard, wat het toch erg koel maakte. In de tent was het echter wel heel warm, dus toen ik even in slaap viel en wakker werd voelde ik me niet zo goed. Toch even buiten gaan liggen. De warme verse lunch was ook weer heerlijk. Hierna nog even rusten en kennis maken en liedjes zingen met de crew. Dit zouden we eigenlijk gisteravond doen, maar mijn vergeten tas gooide roet in het eten. Vervolgens maakten we nog ongeveer anderhalf uur een wandeling naar 100 meter hoger, om beter te acclimatiseren. Geen idee of het al aan de hoogte ligt, maar ik kreeg hoofdpijn, duizeligheid en tintelingen in mijn vingers, bovendien was ik redelijk snel aan het ademen. Het zakte na een klein uurtje wel weer af, maar ik ben wel een klein beetje bang voor de komende dagen. We moeten namelijk nog ruim 2000 meter stijgen voor de top, en het wordt vanaf nu alleen maar moeilijker om te acclimatiseren aan de hoogte.
Na het eten gingen we vroeg naar bed, dat betekent rond half negen, want het is al vroeg donker en koud.

Woensdag 4 maart, dag 3 poging beklimming Kilimanjaro
's Ochtends voelde ik me erg misselijk, de nacht was ook erg winderig geweest en ik moest plassen, wat in de mist op deze hoogte een hele andere, avontuurlijke dimensie heeft. Ik was gisteren ondanks goed smeren erg verbrand, net als de twee jongens. Om half negen vertrokken we. Vandaag zou een dag voor acclimatisatie zijn, walk high, sleep low. We zouden van 3750 meter via Lava Tower (een groot rotsblok) op 4600 meter naar Barranco camp op 3850 meter lopen. De route was niet zo steil, maar wel langer. De zon scheen best en het waaide, dus we wisselden veel van kleding. Het landschap was vulkanisch en we liepen wederom, net als de andere klimmers, traag, de gidsen bepalen namelijk het tempo. Ik moet zeggen dat ik het wel begin te waarderen en meer te begrijpen. Wij merken dat even gaan plassen op normaal tempo ons al kortademig maakt. Je wil zo min mogelijk energie verspillen en je zuurstofgehalte zo hoog mogelijk houden om de klim die ons te wachten staat vol te houden. We hadden geluk want we ontsnapten net aan de regen en kwamen rond twee uur in Barranco kamp aan. De eerste lange daling van deze dagen deed ons twijfelen of we stijgen of dalen fijner vinden. Barranco kamp ligt bij de Barranco muur, die gaan we morgen beklimmen en ziet er angstaanjagend steil uit. We speelden potjes kaarten tot het avondeten, ik leerde een nieuw spel; Kanasta. Het avondeten bestond weer uit soep, rijst met groenten en vlees en fruit. Het toilet moet ik wel frequenter bezoeken op deze hoogte, ik ben benieuwd of dat erger wordt. Aangezien in Barranco kamp een aantal toiletten dicht zaten zijn kleine en grote boodschapjes in het wild geen probleem meer.

Donderdag 5 maart, dag 4 poging beklimming Kilimanjaro
Vanaf nu zou het wandelen zwaarder worden, en vooral lang. De lange nacht had me goed gedaan, ik voelde me fit en had zin in vandaag en de toppoging. We verlieten om half negen Barranco kamp en begonnen meteen met een steile klim over de Barranco muur waarbij we continu over rotsen moesten klauteren, langs richels liepen, dragers met bepakking voor lieten en andere klimmers juist inhaalden. Uiteindelijk kwamen we boven en hadden we een prachtig uitzicht op de Kilimanjaro top met sneeuw, mount Meru en al het groen onder ons. We daalden weer licht, hadden een laatste steile klim en arriveerden toen in Karanga kamp op 4200 meter. Hier slapen mensen die de beklimming in zeven dagen doen, wat meer acclimatisatie en dus meer kans van slagen geeft. Wij lunchten er alleen twee uurtjes want onze groep doet het in zes dagen. Het was enorm mistig, het waaide hard en de boomgrens zijn we sinds dag één al gepasseerd, dus dat geeft beetje een leuk, avontuurlijk gevoel tijdens de daaropvolgende klim. Die was niet steil, maar wel relatief lang en uiteindelijk begon het te hagelen. Toen we aankwamen in Barafu kamp, op 4600 meter, registreerden we onze namen weer in het boek. Op dat moment barstte de hagelstenenhel los en konden we dus in de hut schuilen, want onze tenten waren er nog niet. Barafu kamp wordt ook wel basecamp genoemd omdat je vanaf hier de toppoging doet (als je zoals wij voor de Machame of Lemosho route hebt gekozen). Toen we aan het wachten waren merkte ik meteen dat we weer een stuk hoger waren, ik was wat misselijk en slomer maar verder voelden we ons goed en opgewonden voor de poging. Na een half uurtje waren de tenten er en stopte het hagelen. Het was natuurlijk wel erg koud hier. We doken in onze slaapzakken om op te warmen en op het eten te wachten. De afgelopen dagen raken we vanwege de hoogte steeds eerder vol, maar we probeerden toch zoveel mogelijk soep en pasta te eten om maar iets binnen te hebben. Vervolgens legden de gidsen uit hoe de nacht eruit zou zien en controleerden ze ons zuurstofgehalte en hartslag. Om acht uur doken we, met onze onderste thermo laag vast aan, in onze slaapzakken.

Vrijdag 6 maart, dag 5 poging beklimming Kilimanjaro
Na vier uur slaap ging de wekker precies om 00.00 's nachts. Ik had al een thermobroek en thermoshirt aan en trok daarover heen snel mijn wandelbroek en skibroek aan. Het viel me nog mee met de kou in de tent. Boven mijn thermoshirt met lange mouwen ging een sportshirtje, nog een thermoshirt met lange mouwen, een fleecevest en een winterjas. Verder één paar dunne handschoenen en een bataclava (muts voor overvallers) voor de vingers, oren en neus. Een regenbroek tegen de wind, een extra vest, dikke handschoenen en nog een regenjas gingen in de tas. Isa, de kok, was opgestaan om wat pap te maken die we naar binnen probeerden e werken. We kregen nog wat tips voor de waterflessen en camel Bags om te voorkomen dat het water bevroor (flessen ondersteboven houden, water terug de zak in blazen). Tip was ook om met je handen in je zakken te lopen tegen de kou, ik vond dat best moeilijk want het eerste stuk was soms best klimmen. Om 01.00 uur begonnen we met lopen, in het pikkedonker onder een heldere sterrenhemel met wat hoger de hoofdlampjes en het gezang van andere groepen die iets eerder waren vertrokken. We vormden één rij met twee gidsen en een assistent-gids en vier klimmers en liepen meteen al in de sneeuw. De gidsen hadden geen rugzak of drinken bij zich, zodat ze onze rugzakken konden dragen mocht het nodig zijn. De kou viel op het begin best wel mee, de weg was wel steil, we liepen zonder veel te zeggen, af en toe gezang van de gidsen en andere groepen passerend. Naarmate we hoger kwamen werd het kouder en winderiger. De hoogte deed iets met mijn hersenen, we liepen als en soort zombies, alleen gefocust op onze voeten en de sneeuw. Wanneer ik om me heen keek zag ik niks anders dan lampjes van onze groep en die van andere groepen, maar dan werd ik meteen een beetje duizelig en moest ik me focussen op mijn stappen. De misselijkheid en hoofdpijn was ook continu aanwezig, maar als dit het ergste was, dan tekende ik ervoor. De gidsen wilden ons niet zeggen hoe laat het was, hoelang we al liepen en hoelang het nog zou duren. Ik probeerde de stappen te tellen maar mijn hersenen werkten te traag. Op een gegeven moment moest Ben kotsen en struikelde Kuni precies op datzelfde moment en gleed enkele meters naar beneden in de sneeuw. Gelukkig had ze zich niet bezeerd en kon Ben, als en soort zombie die als dronkenlap liep, ook verder. We zagen enkele mensen opgeven waar we gek genoeg wat motivatie uithaalden, wij zagen er lang zo slecht niet uit. Ik hoorde de gidsen in Swahili zeggen dan we vierenhalf uur onderweg waren. Vanbinnen werd ik blij, dat betekende nog ongeveer twee uur tot de top en anderhalf uur tot Stella point, het steilste en zwaarste gedeelte. Onze gids Salum zei dat het goed ging, we waren snel en vanaf nu zouden ze ons helemaal niet meer om laten keren. Stapje voor stapje, zonder na te denken, gingen we verder. Pauzes waren er maximaal drie van vijf minuten waarin er snel werd geplast, want afkoelen doe je rap, zelfs met al die laagjes kleding nog aan. Mijn water was na een uur al bevroren dus daarvoor hoefde ik niet te pauzeren. Het steilste stuk met diepe sneeuw was vlak voor Stella point, maar toen zagen we de eerste gloed van de zonsopkomst. Dit gaf ons een extra duwtje in de rug, want nu konden we vanaf boven de zonsopkomst zien. Bij Stella point rustten we kort, Ben was nog steeds een beetje van de wereld. Vervolgens was het nog zo'n 45 minuten en 150 meter stijgen naar Uhuru peak, de top en het hoogste punt van Afrika. Dit stuk duurde mentaal gezien lang want ons werd gezegd dat het makkelijk zou zijn, echter maakte de mulle sneeuw het lopen toch wat zwaarder. Toen we aankwamen was er maar één andere groep. Bij ons alle vier gleden de tranen over ons gezicht vanwege de inspanning en deze ervaring. We knuffelden elkaar en de geweldige gidsen en maakten foto's voor zover we dat nog konden. De zon scheen ondertussen al fel, we hadden wederom erg veel geluk met dit heldere weer. Uitzicht over mount Meru, de gletsjers, de vulkaankrater en voor ons gevoel over heel Tanzania, prachtig. Ook gek om na drie maanden tropisch weer opeens overal sneeuw te zien.
Na een kwartiertje moesten we weer terug naar beneden vanwege de hoogte. Ben ging vast vooruit met de assistent-gids. Half glijdend liepen we naar beneden in de sneeuw, best vermoeiend, zeker na de inspanning bergop en met de hoofdpijn waar we allemaal last van hadden. Mijn water kon ik wel weer drinken gelukkig. Ben kwam ons weer tegemoet van boven want zij waren helaas verkeerd naar beneden gelopen. Op het einde, toen we de sneeuwgrens al onder waren, verzwikte Kuni haar enkel en kon ik toch nog een keer de bijna-dokter uithangen. Dat was toch even extra zweten en toen voelde ik in mijn rug dat we best wat hadden gelopen. Eenmaal bij Barafu kamp aangekomen, we deden zo'n twee uur over de afdeling, stonden alle dragers ons op te wachten bij de tenten. Ze knuffelden ons en juichten dat we het gehaald hadden, ze wilden zelfs onze schoenen uitdoen haha. We gingen en uurtje slapen en daarna kregen we ontbijt van Isa. Bij het ontbijt beslisten we dat we naar het lage kamp terug zouden gaan, vanwege onze hoofdpijn op deze hoogte. We zouden nog 1600 meter gaan dalen in vier uur. Dat ging eigenlijk prima en we liepen erg snel. Tot de regen en hagel losbarstte en het steile pad veranderde in een modderige waterval waarin we niet konden zien hoe we onze voeten moesten neerzetten. Mijn gehuurde regenbroek bleek niet waterdicht te zijn en dus liep het water ook in mijn schoenen. Ach, het geluk qua weer moest ooit ophouden. We kwamen aan in Mweka kamp op 3000 meter hoogte waar we ons laatste potje Kanasta speelden op de berg en onze laatste maaltijd in de tent kregen. We hadden de dragers en gidsen uitgenodigd om ook in de tent te eten, wat een groot succes was. De gidsen vertelden nog nooit te hebben meegemaakt dat de klimmers de gidsen en dragers uitnodigden in de dinertent maar dit zeker vaker te willen doen.

Zaterdag 7 maart, dag 6 poging beklimming Kilimanjaro
Na het ontbijt werd er weer gezongen door de gidsen en dragers en klapten wij vrolijk mee. We spraken volgens traditie onze dank uit naar de gidsen en dragers en er werden nog wat foto’s en Facebooknamen uitgewisseld. Vervolgens begon de twee uur durende afdaling naar Mweka gate. Deze wandeling was weer binnen de boomgrens en er volgde een onwennige tropische wandeling. Deze warmte waren we bijna niet meer gewend en we hadden ons stuk voor stuk te warm aangekleed. Bij de gate kregen we ons certificaat voor het behalen van de top en werden we opgewacht door het busje. Samen met de gidsen en dragers reden we terug naar Moshi. Vervolgens nog even pinnen voor de standaard fooien, want ondanks dat ik van mening ben dat het tourbedrijf dit eigenlijk moet garanderen, vind ik wel dat ze een goed salaris verdienen na deze week. Vervolgens werd ik afgezet bij het hostel waar Dieuwertje sliep. Ik had Dieuwertje al een week niet gezien, voor ons heel lang haha. We gingen even lunchen en bijkletsen, zij was namelijk op safari geweest met Hidde, Tom, Gaia, Bahram en Behruz en was bovendien nog in Moshi gaan stappen de afgelopen dagen. Voor het avondeten had ik met de andere klimmers Kuni, Ben en Sam afgesproken bij een grillrestaurant. Uiteraard speelden we weer Kanasta, we namen gezamenlijk een tuktuk terug naar onze hotels.

Zondag ging de wekker weer relatief vroeg, samen met Ben, Kuni en Sam zou ik naar de hot Springs gaan. We namen rond negen uur de dalladalla naar Boma – Ngombe. Toen we hier na een uurtje uitstapten moesten we even wachten tot onze Kili-gids Salum en één van de dragers Haridi ons op kwamen halen met de auto. Ondertussen waren we in de dalladalla nog twee Nederlandse meiden tegengekomen die in Tanzania een coschap van acht weken hadden gelopen en ook naar de hot Springs gingen. Haridi bracht ons met Salums auto naar de hot Springs via een hobbelige, maar leuke weg. De hotspring was eigenlijk niet zo groot, maar wel enorm helder en met een leuke stroming en touw waarmee je het water in kon springen. Er waren wat groepjes toeristen en Tanzanianen. Echt een chille plek om bij te komen van de Kilimanjaro. Na de lunch reden we weer terug naar Moshi, Haridi had op ons gewacht met de auto. We speelden in het hotel van Sam onze laatste potje Kanasta voordat hij werd opgehaald voor zijn safari. Vervolgens ging ik kort naar het hostel om met Dieuwertje een plan te maken voor maandag, zij zou vanavond met wat andere Amerikaanse meiden gaan eten. Samen met Kuni en Ben dineerde ik bij een Indo-Italiaans restaurant en speelden we uiteraard Kanasta.

Maandag 9 maart was de laatste dag samen met Dieuwertje. We moesten na het ontbijt even naar het politiebureau omdat haar mobiel helaas is gestolen afgelopen zaterdag. Als hier een misdaad wordt gepleegd wordt, als de dader bekend is, iedereen ook helemaal lijp en gaat men zelf achter de dader aan om hem in elkaar te trappen. Zo gebeurde dit zaterdag blijkbaar ook in de club. We hebben ook verhalen gehoord van overvallers die werden vermoord. Dat gebeurt omdat overvallers vaak zelf veel geweld gebruiken en als men de politie belt hen eventueel zou kunnen omkopen om vervolgens op vrije voet verder te gaan. Na het politiebureau moesten we naar een printshop om het formulier te printen, want zaterdag deden de printers het niet en op het politiebureau konden ze niet printen. Vervolgens even naar het ziekenhuis voor wat nieuwe medicatie voor Dieuwertje. Heel leuk om te zien hoe het grote, academische ziekenhuis in Moshi (Kilimanjaro Christian Medical Center) eruitziet en hoe het hier allemaal gaat. We kwamen ook de twee nieuwe Nederlandse coassistenten tegen die ons wat dingen uitlegden over hoe het allemaal werkte. Echt gek en leuk om weer een ‘echte’ emergency room, volle wachtkamers en (Nederlandse!) ambulance te zien. Hierna hadden we trek in een salade dus namen we de pikipiki terug naar het centrum. Dieuwertje pakte haar spullen uit het hostel en na een korte tussenstop bij het politiebureau (we worden steeds geduldiger), was het tijd voor een definitief afscheid. Dieuwertje moest namelijk naar het busstation om haar vlucht naar Zanzibar te halen. Ons afscheid was lekker typisch chaotisch, duizend mannetjes om ons heen die wilden weten waar we heen gingen, wat we gingen doen, waar we vandaan kwamen en of we cola, nootjes, armbandjes, horloges of eieren wilden kopen. Vervolgens liep ik alleen terug naar het hostel en bedacht ik wat ik morgen met mijn vrije dag wilde doen.

5 Reacties

  1. Ellen:
    9 maart 2020
    Zo leuk en mooie trip Britt.
    Ik zou er zelf ook wel zin in krijgen als ik dat lees allemaal.
    Heel fijn dat alles goed is gegaan al had ik dat van jou wel verwacht ook
    Veel plezier straks met je paps en mams
    Lieve groetjes Ellen
  2. Marian:
    10 maart 2020
    Half gelezen, lees morgen wel in vliegtuig. Spullen passen in mijn tas gelukkig en ik ben blij als ik er heelhuids ben en je weer zie! Xxxxx
  3. Marian:
    11 maart 2020
    Nu alles gelezen en wacht op vliegtuig naar jou, kanasta is zeker kaartspel, daarom moest ik kaarten meenemen zeker!
  4. Geert Hegge:
    11 maart 2020
    super Britt!
  5. Angela:
    14 maart 2020
    👍🏻 Wat een belevenis britt